Het lijkt erop dat we een mooi najaar gaan krijgen, is ook wel lekker voor ouders en kinderen omdat het deze week herfstvakantie is. Het jaargetijde van kastanjes , beukenootjes en eikels rapen. Laatst was ik bij een klant , en daar zag ik nog van die poppetjes die gemaakt waren van eikels en kastanjes op tandenstokers gespiest. Daar hadden ze de mooiste poppetjes van gemaakt. De sneeuwman vond ik wel de mooiste 2 kleine beukenootjes als voetjes een kleine en grote kastanje als lichaam weer 2 beukenootjes als armpjes en een kleine kastanje als hoofdje, kunstig was het om te zien. Toen ik daar zo naar zat te kijken dwaalde de gedachten af naar hoe we in mijn tijd met de herfst omgingen zal ik maar zeggen. In het dorp waar ik woonde stond één kastanjeboom en daar fietsten we elke dag langs. In deze periode zagen we als we erlangs fietste al regelmatig de groenachtige stekelballen waar de kastanjes in groeide, in het weiland en op de straat liggen. We wisten dan dat het tijd werd om te gaan knuppelen, dus op de eerste de beste vrije dag gingen we gewapend met een pukkel(dat is een groene schoudertas die ze in het leger hadden) richting kastanjeboom. Eerst zoeken op de straat en in het weiland naar reeds gevallen kastanjes. Je moest wel uitkijken want de koeien liepen in de wei en daar lagen van die vette koeie-vlaaien waar soms ook een kastanje inlag (die lieten we toch maar liggen , al vonden we dat wel heel jammer) als we geen gevallen kastanjes meer konden vinden begonnen we met knuppelen met een korte dikke tak die we dan probeerden richting de nog in de boom hangende kastanjes te gooien. Het was altijd weer een sport op zich om die groene stekelballen te raken. Soms bleef de knuppel tussen de takken hangen en dan moest je met een ander stuk hout de knuppel er weer uitgooien, wat ten kosten ging van de pruductie van de aantallen kastanjes. Afijn na een dagje knuppelen hadden we het schamele aantal van ongeveer 30 kastanjes in de pukkel zitten, die we ook nog met z’n tweeën moesten delen. Richting huis lopend pelde we de bruine bast van de kastanje om er dan een hap van te nemen. De teleurstelling kwam dan pas goed aan het licht, bitter dat ze waren vooral die groen blauwige draadjes die tussen de nerven van de kastanje doorliepen (gadverr) wat was dat vies. En als je een paar minuten op een kastanje aan het kouwen was werden ze harstikke droog en kreeg je het bijna niet meer doorgeslikt (als ik nog aan denk lopen de griezels over de rug) Thuis aangekomen werd de buit op tafel gelegd. Mijn vader vond en paar van die kastanjes nog wel lekker en mijn moeder maakte je er niet echt blij mee. Dan maar poppetjes en figuren ervan maken, lucifers erbij een spits puntje aan de lucifer maken en dan aan de slag poppetjes bouwen. Daar was de lol naar een uur ook vanaf mar we hadden een leuke dag gehad in de herfstige buitenlucht. Nou wil het toeval dat ik vorige week een keuken moest schilderen bij een klant, laat dat nou de boerderij zijn waar de kastanjeboom staat . Ja hij staat er nog steeds en tijdens de koffie vertelde ik dit verhaaltje en vroeg hoe oud de kastanjeboom was. Want zolang ik mij kon herrineren stond die boom daar. Deze boom zo vertelde onze klant, stond er al bij de eerste boerderij die hier stond en die is platgebombardeerd in de oorlog. Ik wist van mijn vader dat hij voor de oorlog op deze boerderij gewerkt heeft bij twee dametjes die de boerderij geerfd hadden. De klant vertelde dat hij wist dat de kastanjeboom wel meer als 150 jaar oud was. Dat had hij gehoord van een boomchirurg die hij de boom had laten inspecteren omdat er een paar grote dode takken in zaten. Toen ik er zo over na zat te denken vond ik het toch wel heel speciaal dat mijn opa, mijn vader en later ik ook weer van de kastanjes hebben genoten. En zelfs met onze dochters hebben we nog weleens kastanjes onder die boom gezocht. Dus ik dacht hier spreken we echt over een stamboom. Vier generatie’s die plezier hebben gehad van de kastanje boom. Tja dan nog even over de duiven, afgelopen weekend hebben we het 50 jarig jubileum van onze duivenclub gevierd. Het was een leuke bijeenkomst met het schamele aantal van nog 10 spelende leden met hun partners. Dus met een twintigtal mensen dit jubileum gevierd van de ooit zo trotse club met meer als 40 leden. Op zo een jubileum wordt het nog duidelijker waar we staan met onze mooie duivensport . De nog steeds teruglopende leden aantallen en dit omdat de duivensport niet meer populair zou zijn onder jongere. Ik denk dan hoezo niet populair onder de jongeren, ook ouderen stoppen ermee. En dat komt mijn inziens dat er geen vernieuwing meer in de duivensport zit. We zijn blijven hangen in het oude , alleen het elektronisch constateren was nogal vooruitstrevend. Maar verder is de hele duivelary blijven hangen in spelsysteem en daar zal de grootste verandering in moeten komen om het weer aantrekkelijk te maken voor jong en oud om de duivensport te gaan beleven. Zoals mijn moeder weleens zei “met de ogen wijd open kun je nog harstikke blind zijn ” ik zal meer weer zeggen tot de volgende keer.
17 Oktober 2017
Bladwijzer de permalink.